Preloader Icon
De Natuurkeuken

Mijn boeken

GETEST. Walviscake en oceaansoep, gezonde gerechten voor kinderen die van een verhaaltje houden 

Zaterdag 19 oktober 2019 om 08:00

Zet hulk- voor iets groens en het is al half gegeten? We moeten tegenwoordig al van verder komen om onze moeilijke eter van vijfenhalf aan tafel te praten. Maar net dat is wat De zeereis van Kapitein Karper doet. Die zeevaarder maakt een wereldreis in zes verhaaltjes en serveert er een captain’s dinner van elf “gezonde vegetarische gerechten uit de natuurkeuken” bij. We laten ons op sleeptouw nemen ergens tussen India en Australië, waar deze oceaansoep op tafel komt na een avontuur met koppensnellers. 

Nog voor anker twee hebben mijn twee matrozen de kombuis al verlaten. Dus kan ik ongestoord doen waar het in deze rubriek altijd een beetje op wachten is: bij stap vier sla ik aan het muiten. Een hele knolselder in visjes snijden zie ik niet zitten. De plakken worden tot blokjes gesneden, en maar één plak tot visjes. Een van de twee wortelen sneed ik al overlangs door voor ik merkte dat je uit schijfjes uiteraard veel makkelijker vissen kerft. Een stuk of twintig witte en oranje vissen zet ik apart, de blokjes en de restjes kook ik mee. De vermicelli en de visjes hou ik achter, want ik plan de soep te mixen. Muiterij deel twee.

De zeereis van Kapitein Karper, Sigrid Dewaele en Catherine Revyn, uitgeverij Les Iles, 19,99 euro.

De Als ik de meekokende visjes naar de bodem zie zinken, hou ik enkele wortelgoudvissen achter om rauw in de soep te doen. Samen met de peterselie, want hiziki-wier heb ik helaas nergens gevonden. Dat buiten het water geen van de ingrediënten dus ooit de zee van dichtbij gezien heeft, vindt geen van de proevers een bezwaar. De man en onze dankbare eter van negen zijn meteen overtuigd van “de lekkerste soep die je ooit maakte”, de moeilijke eter bedankt feestelijk en schuift zijn kom opzij. 

’s Avonds bij verhaaltjestijd vaart moeilijke eter mee van Zoetwaterhaven naar Zuid-Afrika en volgt hij met plezier op de (overigens mooi getekende) wereldkaart. De verhaaltjes en Kapitein Karper zelf missen misschien wat diepgang, en vilten figuren op het bord geven niet altijd een even smakelijke associatie (“mama, waarom staat er haar op die prei?”), maar foto’s en illustraties zijn mooi en vooral: dat in het boek hetzelfde eten op tafel komt als bij ons, fascineert mijn matrozen mateloos. De volgende dag eet onze moeilijke eter drie kommen, van wat eigenlijk gewoon knolseldersoep is. Bye Hulk, hallo Kapitein Karper. 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief